5 april 2009
Het Rampjaar 1672: de Republiek radeloos, redeloos, reddeloos
Het radioprogramma 'OVT' van de VPRO besteedt de komende weken op zondagochtend aandacht aan het Rampjaar 1672, toen de Republiek door Frankrijk, Engeland, Munster en Keulen werd aangevallen. Jacobus Bordoduijck, onze voorouder, werd 14 jaar in het rampjaar 1672. Hij woonde destijds in Leiden bij zijn vader Pierre Bordoduijck en zijn stiefmoeder Rebecca Buque met wie zijn vader in 1667 hertrouwd was. Jacob moet ongeveer 8 jaar oud geweest zijn toen zijn moeder Elisabeth Hannotteel overleed. De internationale spanningen waren begin 1672 al toegenomen. Februari 1672 bracht veel regen en de weilanden stonden onder water. Er was vrees voor een oorlog met Engeland en Frankrijk. Daarover viel in de 'couranten' te lezen. Door de oorlog met Frankrijk en Engeland werd de Republiek naar de rand van de afgrond gedreven en de oorlog bracht zowel het beste als het slechtste in de mensen naar boven. Het Staatse leger bestond uit niet meer dan 40.000 man. Op 1 juni viel Frankrijk aan. Prins Willem III was kapitein-generaal van het Staatse leger. Men dacht dat de zes forten langs de Rijn en het fort Maastricht het wel even zouden houden, maar binnen een week had het Franse leger de forten veroverd. Daarna kwam de Ijssellinie onder vuur. Raadspensionaris Jan de Witt was wanhopig en zei dat er nu geen ander middel meer was dan met de vijand te 'tracteren' (onderhandelen). Hij vreesde dat het hart van de staat zou worden bereikt door de Fransen. Het legertje van de prins(22000 man) liep gevaar klem te worden gezet en men moest zich dus terugtrekken. Op 13 juni 1672 trokken de Fransen de Rijn over.