16 augustus 2017
Vervolg scriptie
In deze studie gaat het in hoofdzaak om de vraag in hoeverre er sprake was van regeringswege de monarchie opnieuw in te voeren in Duitsland in de jaren 1930-1933, hoe men zich een restauratie voorstelde en of en zo ja in hoeverre dit streven verzet opriep. Meer specifiek komt de politiek van Bruening ten deze aan de orde: hij was bij uitstek degene die zich heeft ingespannen om een herinvoering naderbij te brengen. Wanneer het zo was dat oude, monarchale elementen op enigerlei wijze voortleefden in de Republiek van Weimar, zij het hier en daar ook verdekt en onder de oppervlakte, hoe is dan te verklaren dat na het de facto failliet van de republiek in 1930 mogelijke herinvoering van een of ander monarchaal bestel sindsdien vrijwel geen weerklank vond, zelfs op heftig verzet kon stuiten? Waarom was Bruenings weg los van de democratie en de dictatuur niet mogelijk?