28 juni 2010

De 19e eeuwse familiegeschiedenis (2)

Vandaag keren we terug naar de 19e eeuwse geschiedenis van onze familie. In Holland was in de Franse tijd ongeveer 15% van de bevolking afhankelijk van de bedeling. De koopkracht van de mensen die nog werk hadden, daalde aanmerkelijk. In Leiden moest maar liefst tweederde van de bevolking een beroep doen op de bedeling. Het ligt voor de hand aan te nemen dat ook onze familie de gevolgen van die ontwikkeling in de samenleving heeft moeten ervaren. Ook in demografisch opzicht verging het de familie slecht.De in 1801 geboren Jan van den Bos overleed na een maand. Hendrik kwam in 1805 ter wereld, maar werd niet ouder dan twee jaar. Tweelingbroer Jan Willem Frederik werd in januari 1808 geboren, maar overleed al op 3-jarige leeftijd. De in augustus 1806 geboren dochter Adriana ging in juli 1807 heen, nog voor haar eerste verjaardag. Vader Jan van den Bos was wever in die tijd, zijn vrouw Maria Taverne was spinster. Ze woonden aan de Uiterste gracht. Dochter Lena van den Bos overleed op 17 december 1812. Die ochtend zijn om 11 uur vader Jan (toen 42 jaar) en Jacobus Wassenaar, zijn zwager, aangifte gaan doen van het overlijden van Lena. Zij overleed om 2 uur 's nachts. Dochtertje Adriana overleed op 3 februari 1813 om half vijf 's ochtends.

23 juni 2010

Overlijden Suzanna van den Bos-van Royen

In september 1932 ging na een langdurig ziekbed onze betovergrootmoeder Suzanna van Royen heen. Op 4 november van dat jaar verscheen de volgende advertentie in het Leidsch dagblad:'Allen die van hun belangstelling deden blijken tijdens de ziekte en na het overlijden van onze lieve moeder Suzanna van Royen, wed. van den heer D. van den Bos betuigen wij onzen hartelijken dank. Inzonderheid aan den Weled. Zeergel. Heer Dr. Seret en de zusters van het St. Eliz. Ziekenhuis. Namens de familie, J.D. van den Bos, 4 november 1932.

18 juni 2010

Mijn lagere schooltijd (1970-1976)

Van 11 augustus 1970 tot en met 23 juni 1976 zat ik op de lagere school, de Prinses Beatrixschool aan de Morsweg 188 te Leiden. Achteraf waren dat zeer gelukkige jaren voor mij. Ik leefde evenwel in een nog tamelijk kleine wereld toen, volgde het wereldnieuws en de Nederlandse politiek -zeker tot 1974- nog nauwelijks. Mijn herinneringen aan die tijd zijn dus mogelijk wel gekleurd, de boze buitenwereld was nog nauwelijks doorgedrongen. Het was een tamelijk zorgeloze tijd. Van de Nederlandse politiek werd ik me bewust ten tijde van het kabinet-Den Uyl, maar dan met name in de laatste fase van dat kabinet. Met mijn vader keek ik naar uitzendingen van Hollands Spoor-contact met de ruggegraat van het vaderland. Dat was rond 1976-1977. Ik herinner me de lange kabinetsformatie van 1977 met hoofdrolspelers als Den Uyl, Van Agt en Ed van Thijn. Voor wat betreft mijn lagere schooltijd: die was in juni 1976 ten einde. Mijn lagere schooltijd viel in de uitlopers van de jaren zestig. Ieder jaar was er een grote avond en soms werd daar in de krant melding van gemaakt. Ik herinner me heel goed nog de grote avond in het voorjaar van 1973 in de Stadsgehoorzaal. In maart 1972 vierden we het 40-jarig bestaan van onze school met alle kinderen. In december 1974 nam Mej. Beks afscheid van de school tijdens een receptie in de Maranathakerk. Wat ik me ook nog goed herinner uit die jaren zijn de treinkapingen. Een van de eerste kapingen speelde zich af in december 1975, ik zat toen in de zesde klas. Het was de kaping bij Wijster. In 1977 waren er weer kapingen, maar toen zat ik al in de brugklas. De boze buitenwereld kwam verraderlijk dichtbij. Mijn kinderjaren vervlogen geleidelijk. En nu kan ik er toch met veel plezier aan terugdenken!

14 juni 2010

Toestand Nederland vergelijkbaar met die van 1935

De toestand waarin ons land momenteel zowel politiek als economisch verkeert is volgens kabinetsinformateur Rosenthal vergelijkbaar met die van 1935. Net als in 1935 verwees de koningin bij het verstrekken van de informatieopdracht naar 'de moeilijke situatie waarin ons land verkeert'-aldus Rosenthal tijdens zijn persconferentie vandaag. Dat was ten tijde van Colijn.Het politieke landschap is geheel verpulverd. Het is alsof de kiezers een fragmentatiebom hebben gegooid en het politieke midden is afgekalfd. Zeer zorgelijk is de situatie momenteel. Wat staat ons nu te wachten? Ik vraag het me af.

10 juni 2010

Overlijden Denijs van den Bos(1859-1913)

Op donderdag 2 oktober 1913 verscheen een rouwadvertentie in het Leidsch Dagblad naar aanleiding van het overlijden van onze betovergrootvader Denijs van den Bos (1859-1913). In de advertentie stond destijds te lezen dat hij na een langdurig, smartelijk doch geduldig gedragen lijden op 30 september 1913 overleed. Letterlijk stond er in dit vorige maand hervonden rouwbericht: 'Heden overleed, na een langdurig, doch geduldig lijden tot onze diepe droefheid onze innig geliefde echtgenoot en der kinderen zorgzame vader, behuwd- en grootvader, broeder, behuwdbroeder en oom de Heer Denijs van den Bos, in den ouderdom van bijna 54 jaren.' Hij woonde met zijn vrouw en gezin aan de 4e Binnenvestgracht 72, zo blijkt ook uit het bericht.

5 juni 2010

De hittegolf van augustus 1975

In augustus 1975 beleefde Nederland een hittegolf. Op 5 augustus verschenen artikelen in de krant, het Leidsch Dagblad, over het zeer zomerse weer. Ook een foto van onze schoolklas, klas 6 van de Prinses Beatrixschool. In het commentaar bij de foto heette het als volgt:'Vandaag zijn de meeste scholen voor lager- en kleuteronderwijs weer begonnen. Gewoon op tijd, ondanks de flinke warmte. Vanochtend hadden de leerlingen van de Prinses Beatrixschool aan de Morsweg het al flink te kwaad, laat staan vanmiddag. Kon je misschien toch beter op een terrasje zitten, zoals bij De Turk aan de Steenstraat.'

2 juni 2010

De tuinman en de dood

Een Perzisch Edelman:

Van morgen ijlt mijn tuinman, wit van schrik, Mijn woning in: "Heer, Heer, één ogenblik!

Ginds, in de rooshof, snoeide ik loot na loot, Toen keek ik achter mij. Daar stond de Dood.

Ik schrok, en haastte mij langs de andere kant, Maar zag nog juist de dreiging van zijn hand.

Meester, uw paard, en laat mij spoorslags gaan, Voor de avond nog bereik ik Ispahaan!" -

Van middag (lang reeds was hij heengespoed) Heb ik in 't cederpark de Dood ontmoet.

"Waarom," zo vraag ik, want hij wacht en zwijgt, "Hebt gij van morgen vroeg mijn knecht gedreigd?"

Glimlachend antwoordt hij: "Geen dreiging was 't, Waarvoor uw tuinman vlood. Ik was verrast,

Toen 'k 's morgens hier nog stil aan 't werk zag staan, Die 'k 's avonds halen moest in Ispahaan."

P.N. van Eyck

1 juni 2010

De 19e eeuwse familiegeschiedenis

Voorvader Jan van den Bos, geboren in 1770, was ongeveer 27 jaar toen hij in mei 1797 in ondertrouw ging met een Leidse jongedochter, Maria Taverne. Met haar was hij eind 18e eeuw in contact gekomen. Leiden stond er beroerd voor aan het einde van de 18e eeuw, het begin van de 19e eeuw; De bloeiperiode had de stad reeds lang achter zich. Het inwonertal was flink afgenomen en het ligt voor de hand aan te nemen dat ook Jan en Maria hinder hebben ondervonden van die benarde economische toestand in het Leiden van rond 1800. Kon Jan werk vinden? Konden hij en Maria het rooien in de eerste jaren van hun huwelijk? In 1795 had stadhouder Willem V de wijk genomen naar Engeland. Holland beleefde de Franse tijd. Pas in 1813 zou er een einde komen aan de Franse tijd toen Willem Bilderdijk dichtte:' Het bloed van onze vad'ren, is niet in ons verfranscht, het huppelt door onze aderen, waar 't blijd' oranje glanst.' Jan en Maria kregen een groot aantal kinderen, maar van hun in totaal 12 kinderen overleden er minstens 6 voortijdig. Jan en Maria moeten het in die eerste jaren van de 19e eeuw zwaar gehad hebben om de eindjes aan elkaar te knopen.